Logo


cc
REISVERHALEN



Indonesië


salim
Tombe van Sheikh Salim

agra fort
Rode Fort - Agra



Uit & Thuis

Voor 700 tot 900 euro (retour) kun je rechtstreeks of met tussenstop naar Delhi vliegen. Reis vervolgens naar Agra met vliegtuig, trein of bus (in 3-4 uur/250 km) of rechtstreeks naar Fatehpur Sikri per taxi, 40 km buiten Agra.
Taxi is makkelijk, snel en flexibel vervoermiddel. Regel via hotel of reisbureau. Een dagtrip naar Fatehpur en Agra kost zo’n 73 euro (kilometerprijs en chauffeur). Tussenstop in tempelstad Vrindavan mogelijk. Logeer in Fatehpur Sikri, (Gulistan Tourist Complex 15 euro) en verhuis volgende dag naar Agra voor bezoek Taj Mahal, Fort, Akbars mausoleum etc. Huur lokale taxi voor langere afstanden en doe de rest per fietsbecak of fiets.
Entreeprijzen en Gidsen: Fatehpur 4,50 euro, terwijl Tah Mahal 12,50 euro kost, inclusief toegang voor fort, tombe Akbar e.a. bezienswaardigheden. Gidsen hebben allemaal kaartjes met voorgedrukte (te hoge) gidsprijzen. Richtprijzen Fatehpur en Taj voor gids 4,50 euro; Fort  2,50 euro.
Voorjaar is beste tijd, mijdt heetste maanden april, mei, juni. Mijdt ook zondagen voor bezoek Taj en de horden lokale toeristen.
Delhi en Agra zijn populaire toeristenbestemmingen en trekken dus ook veel oplichters. Tevoren hotel en transport in Delhi regelen scheelt hoop ergernis.



Meer info:
• www.up-tourism.com
• 3D-panorama tours van Fatehpur Sikri
• www.incredibleindia.org
• www.youtube.com (documentaires Akbar & Fatehpur Sikri) en voor de Bollywood fans de film ‘Jodha Akbar’.

 



cc
Agra: historisch hoogstandje in hartje India



Noem Agra en iedereen roept Taj Mahal. Maar er zijn tal van andere architectonische hoogstandjes van de Indiase Moghul heersers te bewonderen. Dwalend door de verlaten zandstenen stad van Akbar ‘de Grote’ hoor je het koele water van zijn 16e eeuwse airconditioning kabbelen en de haremdames giebelen.

,,Handgeknoopte vloerkleden bezaaid met zijden kussens, zang en muziek, tetterende olifanten.” Met een weids gebaar vult gids Jaleel de immense binnenplaats van Fatehpur Sikri met honderden gasten en geurende gerechten.  De Hal voor Publieke Audiënties komt tot leven. Te midden van de perfect behouden rode zandstenen stad zie ik de grote Moghul heerser Akbar zo zitten in 1586, tevreden onderuitgezakt in zijn troon. Na zestien jaar ploeteren en bouwen kan Akbar zijn nieuwe hoofdstad Fatehpur Sikri feestelijk inwijden en zijn 40 kilometer verderop gelegen Agra Fort de rug toekeren. Zij het slechts voor 15 jaar.

De 44-jarige Akbar heeft het goed voor elkaar in 1586. Zijn rijk sterkt zich uit van het huidige Afghanistan tot in Pakistan. De roodstenen Moghul forten en koepelpaleizen domineren het continent. Na jaren rondtrekkend van slagveld naar slagveld kan de moslimheerser met zijn voormalige vijanden uit het overwegend hindoeïstische India in alle rust filosoferen over religieuze tolerantie in het afgelegen Fatehpur Sikri. De stad is een perfecte mix van islamitische koepels, hindoeïstische pilaren en lotusbloemen en christelijke kruissymbolen.

Gids Jaleel grijnst ondeugend en wijst naar links en naar rechts, naar de privé-paleizen van Akbar’s vrouwen. ,,Nummer een: moslim, nummer twee: hindoe, nummer drie: christen. Plus een harem van een paar duizend vrouwen. Een zeer tolerante man!”

Olifanten en vrouwen
Vier eeuwen na zijn dood dwingt de grote Akbar nog steeds respect af. Zijn grootvader Babur, een afstammeling van de Gengiz Khan, was de eerste van de zes generaties Moghul heersers die samen bijna 200 jaar in India regeerden. Akbar neemt in 1556 op 13-jarige leeftijd de scepter over van zijn overleden vader. Met jeugdige overmoed weet hij het uit elkaar vallende rijk van de ondergang te redden. Zijn voorliefde voor olifanten is zijn grootste militaire troef. Als meester-berijder onderkent hij de gevechtskracht van de logge viervoeters. Een olifant op het slagveld is hem meer waard dan 500 paarden. Akbar beschikt over een leger van 40.000 olifanten, die hij  gebruikt als stoottroepen. Ze banen letterlijk een weg voor de soldaten. Met hun slurf kunnen ze zo een paard met berijder onderuit halen. Op hun slagtanden prijken 5 kilo zware dolken.

Uitkijkend over de vlakte rondom Fatehpur Sikri valt het oog gelijk op de metershoge gedenktoren vol slagtanden. Het markeert de plek waar Akbar zijn favoriete olifant heeft begraven. De olifanten zijn Akbar veel waard. Hij zet hele dorpen aan het werk om speciale harnassen voor zijn geliefde viervoeters te smeden. Elk harnas bestaat uit 8000 stukjes ijzerplaat afgewisseld met repen maliënkolder (aan elkaar geklonken ringen), zo’n 150 kilo zwaar.  Zo helpen ze hem aan de ene overwinning na de andere, met als topper de verovering van het 800 jaar onverslagen Rajastani vorstenhuis Chitoor in 1567. En aan zijn geliefde Rajput prinses Jodha.Bai.  Zodra Akbar een voet tussen de deur heeft in Rajasthan, consolideert hij zijn macht door deze hindoe prinses te huwen. Zij is degene die Akbar eindelijk een opvolger baart, zoals voorspeld door een moslim heilige Sheik Salim uit Sikri. Reden genoeg voor Akbar om in Sikri zijn nieuwe hoofdstad Fatehpur te bouwen, inclusief moskee en hindoetempel.

Zandsteen en marmer
De wit marmeren moskee met de tombe van Sheik Salim steekt fel af tegen de omringende rode zandstenen gebouwen. Moslim en hindoe vrouwen schuifelen respectvol langs de tombe en knopen een stukje stof om het opengewerkte marmer. Ze hopen dat de heilige hen, net zoals Akbar een zoon zal schenken. ‘Maar je mag ook wat anders wensen,’ meldt een stofjes verkoper aanmoedigend. Aan binnenlandse klandizie heeft hij geen gebrek. Toch wil hij graag ook een stukje stof slijten aan de enkele buitenlandse bezoekers die zich los weten te rukken van de Taj Mahal in Agra, die Akbar’s kleinzoon Shah Jahan heeft gebouwd voor zijn geliefde vrouw. ,,Dit is toch ook prachtig?!”

De zandstenen stad Fatehpur Sikri staat na 400 jaar nog fier overeind. Een verlaten architectonisch meesterwerk in de woestijn. Akbar construeerde een immens waterrad om het water uit het kunstmatige meer naar de hoger gelegen stad te takelen. Een netwerk van gootjes vol kabbelend water zorgde voor de nodige verkoeling. Zolang er water was! Zelfs een groot heerser als Akbar kan de natuur niet naar zijn hand zetten. Een grote droogte dwingt hem na vijftien jaar met de hele hofhouding terug te verhuizen naar Agra. Een paar jaar later kan zoon Jehangir de bouw van Akbar’s mausoleum afronden in Srikanda, op het kruispunt tussen Agra en Fatehpur Sikri.   


Moghul meesterwerken:
Fort Agra (1565) gebouwd door Akbar met aanvullingen van zoon Jehangir en kleinzoon Shah Jahan.
Fatehpur Sikri (1570-1586) gebouwd door Akbar
Srikanda (1600-1610) Akbar’s mausoleum gebouwd door Akbar en zoon Jehangir
Taj Mahal (1658-1707) gebouwd door Shah Jahan voor zijn in 1631 overleden vrouw Mumtaz

Weduwnaars en weduwes
De Moghul heersers staken hun liefde voor vrouwen niet onder stoelen of banken, zo blijkt uit de prachtig gebouwde harems, prive-paleizen en mausoleums. Ook na hun dood omringen ze de vrouwen met luxe. Een schril contrast met de hindoe weduwes die na het verlies van hun man hun levensdagen in de tempelstad Vrindhavan aan de heilige Yamuna rivier slijten. Overgeleverd aan de liefdadigheid zingen ze hele dagen religieuze hymnes om hun dagelijkse portie eten te verdienen en verlost te worden van de cyclus van reïncarnatie.    


Hilde Janssen
Algemeen Dagblad - augustus 2008